Wei Kuen Do is een vechtkunst ontwikkeld door grootmeester Leo T. Fong (馮天倫; 23 november 1928 – 18 februari 2022). Na meer dan 50 jaar intensieve studie en training in diverse vechtsystemen bracht hij zijn inzichten en levenservaringen samen in één benadering: een geïntegreerde stijl van zelfverdediging en levensfilosofie. Sifu Robin Vader is de enige in Nederland met een 4e Dan in Wei Kuen Do.

De naam Wei Kuen Do is Chinees van oorsprong:

De wortels van Wei Kuen Do liggen in Bruce Lee’s Jun Fan Jeet Kune Do, Angel Cabales’ Serrada Escrima, en Westers boksen, waarin Fong kampioen was op amateurniveau. Daarnaast bracht hij elementen in van Choy Lay Fut, Sil Lum Kung Fu en Wing Chun Kung Fu. Uit elk systeem selecteerde hij de meest praktische en realistische technieken voor effectieve gevechtssituaties. Deze integratie noemde hij Wei Kuen Do.

  • Wei betekent geïntegreerd of geassimileerd
  • Kuen betekent vuist
  • Do betekent weg

Samen staat het voor: De Weg van de Geïntegreerde Vuist.

Wei Kuen Do is geen vast systeem of stijl, maar een filosofie van voortdurende ontwikkeling. Het is een dynamisch proces van zelfexpressie, waarin lichaam, geest, emotie en spirit met elkaar in harmonie worden gebracht. De fysieke technieken vormen slechts het voertuig voor innerlijke groei.

De Essentie van Wei Kuen Do

De kern van WKD is simpel: alles wat werkt, is goed.
Het omvat niet alleen gevechtskunst, maar ook inzichten uit het dagelijks leven, spiritualiteit, zaken en persoonlijke ontwikkeling. Stijlen, systemen of etnische oorsprong doen er niet toe; effectiviteit, vrijheid van expressie en het overstijgen van beperkingen staan centraal.

Technieken worden niet beoordeeld als goed of slecht op zich, maar als passend of niet passend in een specifieke situatie. Soms is een stoot beter dan een trap, een worp beter dan een stoot. Alles draait om context en geschiktheid.

Wei Kuen Do – samen met Kyusho Combatives – richt zich op de integratie van vier gebieden:

  • Fysieke ontwikkeling
  • Mentale discipline
  • Emotionele expressie
  • Spirituele verdieping

Deze vier pijlers vormen de basis voor volledige persoonlijke groei.

Vier Fasen van Ontwikkeling

De weg van Wei Kuen Do bestaat uit vier opeenvolgende ontwikkelingsfases:

1. Fysieke Fase

Het lichaam is het gereedschap van de krijger. In deze fase werk je aan conditie, kracht, snelheid, techniek (stoten, trappen, worpen, grappling), coördinatie en uithoudingsvermogen. Een goed getraind lichaam functioneert als een fijn afgestelde raceauto.

2. Mentale Fase

Techniek zonder mentale kracht is leeg. Focus, concentratie en stressbestendigheid zijn essentieel. Meditatie en bewustzijnstraining spelen een grote rol. Ontspanning, helderheid en mentale reacties bepalen je timing, reflexen en besluitvaardigheid.

3. Emotionele Fase

Vrije expressie vereist emotionele balans. Angst, onzekerheid of overmatige agressie belemmeren je prestaties. In deze fase leer je omgaan met stress en bouw je zelfvertrouwen op. Technieken worden pas effectief als ze vanuit volledige overgave en vertrouwen worden toegepast.

4. Spirituele Fase

Deze fase gaat niet over religie, maar over verbinding met iets groters dan jezelf – een universele kracht die zin geeft aan succes en betekenis aan tegenslag. Spirituele kracht voedt alle andere fasen. Hier streef je naar innerlijke rust, helderheid en eenheid met je handelen.

De Vier F’s van Wei Kuen Do

Een essentieel onderdeel van WKD zijn de 4 F’s, sleutelfactoren voor effectieve zelfexpressie:

  • Form: Gratie in beweging. Beweging moet vloeiend en natuurlijk zijn, niet geforceerd of schokkerig.
  • Flow: Continuïteit tussen technieken. Elke actie vloeit instinctief voort uit de vorige.
  • Footwork: Cruciaal voor positionering, balans en aanval/ontwijking. Goed voetenwerk maakt je ongrijpbaar.
  • Feeling: Gevoeligheid en intuïtieve verbinding met je tegenstander. Dit stelt je in staat om aanvallen te herkennen en direct te reageren.

Bewuste herhaling van basisbewegingen is de sleutel tot beheersing. De meest effectieve vechters vertrouwen op eenvoudige technieken die zij tot in perfectie beheersen – vaak het resultaat van jarenlange training.

(2018 Leo T. Fong, Robin Vader & Klein Buen)